Darryl en Lynne hadden een duobaan in Rwanda. Hun taak was
om mee te helpen om te zorgen dat ‘inclusive education’ in Rwanda op de kaart
zou komen te staan. ‘Inclusive education’ houdt in dat er ook voor mensen met een
handicap een plaats zou moeten zijn in het reguliere onderwijs. Dat mensen met
een lichamelijke beperking gewoon zonder hindernis kunnen deelnemen aan het
onderwijs. En dat ook mensen die blind of doof zijn mee mogen doen. En dat
laatste geldt ook voor kinderen met een geestelijke beperking.
‘Inclusive education’ staat in tegenstelling tot speciaal
onderwijs. Eigenlijk is het geen tegenstelling, het is eerder een aanvulling op
elkaar. In Rwanda zijn enkele scholen die zich richten op speciaal onderwijs,
met name is er een aantal dat specifiek gericht is op doven en blinden. Ook
zijn er scholen in het land die vallen onder de naam Gatagara. De eerste
Gatagara school is wel opgericht als een soort speciaal onderwijs, omdat een
pater zag gehandicapte kinderen niet naar school gingen. Hij heeft toen deze
school opgericht met als doel om ook deze kinderen een kans te geven naar
school te gaan. In principe is deze school open voor iedereen. Maar door haar
karakter en mogelijk ook door haar imago worden deze scholen voornamelijk
bezocht door kinderen met een fysieke beperking.
In het reguliere onderwijs zie je bijna geen kinderen met
handicap. Men zegt dat veel kinderen met een handicap thuis worden gelaten,
omdat mensen zich schamen, maar ook omdat ze gewoonweg geweigerd worden door de
scholen. Dat laatste kan ook zijn oorzaak hebben in heel praktische zaken waar
men geen oplossing voor weet. Bijvoorbeeld dat de school fysiek niet goed
toegankelijk is voor het gehandicapte kind. Of dat men geen raad weet met een
(gedeeltelijk) doof of blind kind.
Hun taak stond voor een groot gedeelte uit bewustwording
kweken voor het feit dat ook kinderen met handicap ook naar school moeten gaan.
Dat bewustwordingsproces was met name gericht op leraren en schoolhoofden. Om
hen duidelijk te maken dat deze kinderen er ook bij horen en dat de
belemmeringen soms met relatief eenvoudige middelen kunnen worden bestreden.
Zij zijn hier ruim een jaar druk mee bezig geweest. Vele workshops hebben ze
door het gehele land gegeven om bij te dragen aan dit bewustwordingsproces.
Ergens in mei 2011 zijn ze vertrokken naar hun eigen huis.
Dat huis was bij verre het mooiste huis dat ik gezien heb, waarin een
vrijwilliger van VSO zijn intrek heeft mogen nemen. In de loop van 2011 ben ik
er enkele malen op bezoek geweest, meestal voor een overheerlijk barbecue of gewoon etentje.
Gedurende het gehele jaar 2011 hebben we regelmatig contact
gehouden. Begin 2012 heb ik Rwanda echter verlaten en Darryl en Lynne zijn nog
een paar maanden gebleven. Dan gaat het contact toch een beetje verwateren,
maar dan plotseling is er bericht dat ze in februari 2012 op weg naar een
skivakantie in Frankrijk door Nederland komen. Of het schikt dat ze even langs
kunnen komen?
Natuurlijk schikt het, graag zelfs. Op woensdagochtend 27
februari zouden ze met de ferry van Newcastle aankomen in IJmuiden om daarna
bij ons langs te komen. En zo geschiede. De woensdagochtend hebben we
doorgebracht het ophalen van de eerste herinneringen en om te vertellen wat er
de laatste tijd in ons leven is gebeurd. Darryl en Lynne hadden ook nog een
pakket met Engelse levensmiddelen meegebracht, vooral uit het noorden van
Engeland, want daar komen ze vandaan: Newcastle Brown Ale, Highland Shortbread
Fingers, Hot Cross Buns, British Fancies, Tetley thee en nog veel ander
lekkers.
’s Avonds hebben we met zijn vijven gegeten in LE:EN. Daarna
zijn Darryl en Lynne en ik nog even op een kleine kroegentocht geweest op het
Ledig Erf. Daar hebben we de cafés Ledig Erf en De Poort een bezoek gebracht.
Hebben ze beiden een beetje een indruk gekregen van het kroegleven in
Nederland. Heel wat anders dan de dorpskroegen die ze gewend zijn van thuis.
Naast een VSO reünie, was het ook een RNUD reünie, want
allemaal hebben we in meer of mindere mate te maken gehad met de RNUD (Rwanda
National Union of the Deaf). We kregen veel te horen wat er in de tussentijd
allemaal daar was gebeurd. Dat er allerlei mensen uit het bestuur zijn gezet, omdat ze weer
eens ruzie met elkaar hadden. Dat capabele mensen eruit gewerkt zijn, omdat ze
niet de goede vrienden hadden met als gevolg dat er nu mensen aan het roer zijn
die er voornamelijk zitten voor het eigen gewin. Het meest opvallende verhaal
kwam van Jolanda. Zij vertelde dat ze pas recent door kreeg waarom sommige mensen
vriendjes waren met de een, en anderen weer met anderen. Dat had altijd nog te
maken met de scheiding tussen Hutu’s en Tutsi’s. In Rwanda heeft ze dat nooit
helemaal in de gaten kunnen krijgen. Ze kwam het ook pas te weten, nadat ze het
van Moses, haar collage bij RNUD, had gehoord. En Moses kon het ook pas
vertellen nadat hij in Engeland was gaan wonen, nadat hij weg was uit Rwanda.
De pannenkoeken smaakten overigens uitstekend.
Voor de laatste avond in Nederland had ik een wat rustiger
avond gepland. Gewoon lekker thuis eten en ’s avonds geen programma. Om nog een
Nederlandse specialiteit te presenteren hadden we gekozen voor een stamppot
andijvie. Onze Engelse gasten kenden dat helemaal niet. Andijvie is dus
blijkbaar een heel Nederlandse groente. Via internet kwam ik bij de vertaling
van andijvie op ‘endive’, maar volgens Darryl en Lynne was dat een hele andere
groente. Even verder gezocht bleek dat ‘endive’ voor hen uitkwam op witlof. Maar
witlof is ook bekend als ‘chicory’. Het was allemaal heel verwarrend, maar liet
eens te meer naar voren komen dat andijvie en witlof ergens een verwantschap
moeten hebben. De Latijnse naam van andijvie is ‘Cichorium endivia’, de Latijnse
naam van witlof is ‘Cichorium intybus’.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten