maandag 21 februari 2011

Butare en Nyanza (en wat de Belgen hebben uitgespookt)

We zijn een weekendje weg geweest. We hebben de stoute schoenen aangetrokken en hebben een auto gehuurd. Waarschijnlijk voor een veel te hoge prijs, maar we hadden wel lekker eigen vervoer. Met een eigen auto kan je gaan waar je wilt, en je kunt stoppen waar je wilt.

De eerste stop is er eentje die altijd wel op het lijstje staat in onze vakanties. Wij stoppen bij een plekje waar ze keramiek verkopen: Poterie Locale de Gatagara. Gezien Wilma’s achtergrond is het niet onlogisch dat we altijd weer terechtkomen bij een keramiekwinkel. Helaas is het zaterdag, dus zijn ze niet aan het werk. Maar de winkel is wel open en we vertrekken weer met een mok, een kandelaar en vier eierdoppen. Het is voor het goede doel, want de winkel wordt gerund door Batwa met een handicap. De Batwa is de derde bevolkingsgroep van Rwanda, ongeveer 1 % van de populatie, en zijn behoorlijk gemarginaliseerd.

Vervolgens gaan we naar Nyanza. Toen Rwanda nog een koninkrijk was, resideerde de koning in deze stad. Er is een paleis uit 1959 – hierin is nu een museum gevestigd met moderne Afrikaanse kunst - en een paleis uit 1932. Het paleis van daarvoor bestaat niet meer, maar is wel nagebouwd. De laatste is ook meteen het bijzonderste, want het is gemaakt uit houten palen, riet en allerlei ander natuurlijk materiaal. Het is een gigantische Afrikaanse hut van wel zeven meter hoog. En binnen is het ook heerlijk koel. Het is een prachtige constructie en tijdens de rondleiding krijgen we van de gids allerlei verhalen te horen over het koningshuis. Onder andere dat de Belgen de een na laatste koning Charles Rudahigwa Mutara III in 1959 hebben vergiftigd, omdat hij op weg was naar de Verenigde Naties om te pleiten voor de onafhankelijkheid van Rwanda. En de koning van daarvoor hadden ze al afgezet omdat hij zich niet wilde bekeren tot het katholieke geloof. Zo hoor je nog eens wat.



 
Zaterdagavond hebben we overmacht in een hotel in Butare. We hebben daar genoten van een warm bad, een warme douche, een maaltijd van drie gangen en een wijntje bij de maaltijd.

Butare was de belangrijkste stad in Rwanda tijdens de Belgische koloniale periode. Van 1935 tot 1962 heette het zelfs Astrida, als eerbetoon aan de overleden koningin Astrid. Het heeft ook het belangrijkste museum van het land, het Nationale Museum van Rwanda. Het is een mooi museum waarin veel aandacht is voor de cultuur en de geschiedenis van Rwanda. Het is zeer de moeite waard en wij hebben daar zo’n twee uur doorgebracht. Zelfs Marte heeft het redelijk kunnen volhouden, zeker nadat wij beloofd hadden dat ze als beloning een paar souvenirtjes mocht uitkiezen. Nou dat hebben we geweten, we zijn vertrokken met een mobiel, een vogel en een hele grote trommel.

’s Middags hebben we nog een bezoek gebracht aan het genocide monument van Murambi, op zo’n half uur rijden van Butare, en aan de grootste kathedraal van het land, weer in Butare, die ook weer gebouwd is ter herinnering aan koningin Astrid.

Daarna zijn we weer huiswaarts gereden, onderweg genieten van het prachtige landschap dat voorbijtrekt. Dan besef je dat het land niet voor niets het land van de duizenden heuvelen heet. En het is overal groen, er is bijna overal landbouw of veeteelt, er is bijna overal bebouwing en bij de afwezigheid van veel wegverkeer zie je weer hoeveel mensen er langs de kant van de weg lopen. Overal waar je rijdt, altijd lopen er mensen.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten