vrijdag 29 april 2011

Koninginnedag

In Nederland is het nog geen 30 april, maar hier hebben we Koninginnedag al gevierd. Op 15 april heb ik via de mail de volgende uitnodiging ontvangen:

Ter gelegenheid van de officiële verjaardag van

Hare Majesteit de Koningin


hebben Harer Majesteits Ambassadeur,
Frans Makken en Mevrouw Lina Stam,
het genoegen leden van de Nederlandse gemeenschap in
Rwanda uit te nodigen voor een receptie ter Residentie

op donderdag 28 april 2011, 18.00 - 20.00 uur
gevolgd door het informele deel van het programma

Als kledingadvies werd ‘tenue de ville’ geadviseerd. Ik heb geen idee wat dat betekent, maar het leek wel gepast om iets met oranje aan te doen. In mijn garderobe hier heb ik dat echter niet voorradig. Dus op naar de markt om een leuk oranje stofje uit te zoeken, met ook een beetje een Afrikaanse uitstraling, om hiervan een blouse te laten maken. Op de markt zijn stoffen in overvloed en al gauw had ik een mooie gevonden en er zijn ook naaisters in overvloed, dus die was ook snel geregeld. Zij heeft met de centimeter allerlei maten opgenomen en ik heb mijn stof in goed vertrouwen achtergelaten. Een paar dagen was het klaar, ik was een beetje bang dat wat klein uit zou vallen, maar dat viel gelukkig mee. Ik ben erg tevreden met het resultaat en dat voor 3.000 Frw voor de stof en 4.000 Frw voor het maken.

Om klokslag 18.00 uur was ik present bij de residentie van de ambassadeur en kon met het uiten van enkele Nederlandse woorden zo doorlopen. De residentie is een gigantisch huis, het lijkt wel een kasteel. De Duitse residentie ligt er naast, en deze verpietert gewoon bij de Nederlandse residentie. Ik werd welkom geheten door de ambassadeur, zijn vrouw en nog twee andere mensen van de ambassade. En kon doorlopen naar de tuin, alwaar een enorme tent was opgezet met een buffet waar het bier, de wijn en het fris in ruime hoeveelheid voorradig waren.

En het cliché dat op Koninginnedag in den vreemde die typische Nederlandse etenswaren, die speciaal hiervoor worden ingevlogen uit Nederland, worden geserveerd, is helemaal waar, want al snel kwamen de schalen met blokjes kaas met mosterd en de stukjes haring met ui voorbij. Dit alles vergezeld van een Nederlands vlaggetje. Deze lekkernijen heb ik mij goed laten smaken en ook gelijk maar opgevat als zijnde mijn avondmaaltijd. Later op de avond kwamen natuurlijk ook de onvermijdelijke bitterballen nog voorbij. Ook stond er zo’n typische Nederlandse kar waar men oranjebitter had. Hoewel ik geen grote liefhebber van oranjebitter ben, voelde ik mij hier in Rwanda toch wel verplicht om een glaasje te nemen.


De aankleding is heel erg oranje en rood-wit-blauw. Elke paal van de tent is met oranje papier omwikkeld. Het personeel van de ambassade heeft hier de hele dag aan gewerkt en zij hebben goed hun best gedaan. Bij de gasten is de kleur oranje helemaal niet zo prominent aanwezig, zo hier en daar een oranje stropdas of een oranje strikje. Het blijkt dat ik het meest oranje gekleed ben van iedereen. Mijn aanschaf was misschien wel niet nodig geweest, maar ik heb er een mooie blouse aan overgehouden.


Zo rond half acht nam Frans Makken het woord voor een welkom. Vervolgens werd eerst het Rwandese volkslied (Rwanda Nziza) gezongen door een koor en aansluitend werd door de Nederlanders, inmiddels in ruime getale toegestroomd, uit volle borst het Wilhelmus gezongen. Gelukkig hadden ze de tekst van te voren uitgedeeld, zodat ook de wat minder tekstvasten konden meedoen. Daarna kwam er een speech van de ambassadeur waarin hij de loftrompet uitsprak over de goede ontwikkelingen die plaatsvinden in Rwanda. Hij was heel positief, misschien wel een beetje te positief? Vervolgens nog een toespraak van de Rwandese minister van Economische Zaken die zijn collega van Buitenlandse Zaken verving. En het officiële gedeelte werd afgesloten met een toast door de ambassadeur op de verjaardag van de koningin met de uitspraak “Leve de koningin!”, gevolgd door een driewerf “Hoera” van het publiek.


Vervolgens kon het informele gedeelte beginnen. De buitenlandse gasten werden geacht dan weer te vertrekken, en dat deden ze ook, zodat we op het laatst allen overbleven met de Nederlanders. In de drie maanden dat ik hier ben heb ik toch al aardig wat mensen leren kennen, en dus heb ik zo hier en daar een praatje gemaakt met mijn Nederlandse collega’s van VSO, met diegene die ik heb leren kennen via Marte’s school, met de mensen die ik ontmoet heb tijdens het Paas Tennistoernooi, met Ernie Brandts, en enkele andere die ik op andere plekken heb ontmoet. De avond vloog zo eigenlijk om. Vanaf 23.00 uur werd er niet meer geschonken en dat was het teken dat het bijna afgelopen was. Dus zo rond half twaalf ben ik vertrokken, door onder ander een hand te geven aan de ambassadeur, om vervolgens licht beschonken, achter op de taxi-moto huiswaarts te gaan.

Ik heb van de diverse mensen die in het buitenland woonden altijd van die fantastische verhalen gehoord over het grote feest van Koninginnedag, en dan was ik altijd een beetje jaloers. Al jaren kijk ik ernaar uit om een keer in den vreemde mee te maken en nu is het dan uiteindelijk gelukt. Leuk om nu eens echt zelf te beleven.

1 opmerking: