donderdag 29 september 2011

Tour de Kivu

Enige tijd geleden hebben wij tijdens onze vakantie een rondrit gemaakt door het westen van Rwanda. Deze ‘Tour de Kivu’ bestond uit zes etappes.

1. De eerste etappe bracht ons naar Nyungwe. De weg daarheen gaat via Gitarama, Butare en Gikongoro. In het begin is de weg nog behoorlijk goed, maar wel erg druk. Onderweg kan je het meest bijzondere verkeer tegenkomen, zoals een vrachtwagen vol met koeien of een vrachtwagen met extra lading, waarvan de chauffeur zich waarschijnlijk niet bewust is.



Na verloop van tijd wordt de weg steeds slechter, maar ook steeds rustiger. Om het nationale park van Nyungwe te bezoeken verblijven wij in het Gisakura Guesthouse. Ondanks een verontrustend belletje aan de vooravond van ons verblijf, blijkt na veel geharrewar en onderling overleg de overheidsfunctionaris uiteindelijk toch niet op komen dagen en kunnen wij gedurende twee dagen in onze kamer blijven. Gelukkig! Wat er nu precies aan de hand is geweest met die overheidsfunctionaris, daar zullen wij nooit meer achter komen. De manager van het hotel vertrouwt ons toe dat het zijn droom is om in Europa te studeren en om daarna een baan te hebben bij de overheid. Denk je eindelijk te maken te hebben met een ondernemer in de dop, blijkt hij toch liever een bureaufunctie bij een ministerie te ambiëren. Bij het guesthouse is een prachtige tuin en als de zon schijnt zit deze vol met zonnevogels (sunbirds).



In Nyungwe begon onze auto ook kuren te vertonen. De motor was afgeslagen en was met geen mogelijkheid meer aan de slag te krijgen. Zijnde weinig technisch onderlegd wat betreft auto’s had dit kunnen uitdraaien op een drama. Maar met behulp van wat rangers van het Nyungwe nationale park hebben we een manier gevonden om er mee om te gaan. De kabel naar de accu zat een beetje wakkel bevestigd, maar een klein duwtje tegen die kabel op het moment dat de auto werd gestart, zorgde ervoor dat we verder konden. Gedurende de rest van onze reis, hebben wij dit trucje nog menigmaal moeten herhalen.

2. Daarna zijn we naar Cyangugu gegaan. Dat was maar een korte etappe van iets meer dan een uur. De weg was zeer slecht met heel veel gaten. De Chinezen zullen deze weg binnenkort onderhanden nemen.

3. Van Cyangugu hebben wij de lange tocht naar Kibuye gemaakt. Eerst weer een heel stuk terug op de weg naar Nyungwe en dan linksaf richting Kibuye. Vier uur lang zijn we zo met zo’n 30 tot 40 kilometer per uur over een onverharde weg gereden. De route ging over bergen en dalen en we waren nooit ver weg van het Kivumeer. Regelmatig hadden we onderweg mooie vergezichten over het meer. De weg was dan wel onverhard, maar had maar zeer weinig gaten, dus kon je lekker doorrijden met dezelfde snelheid. En het grote voordeel dat er bijna geen ander verkeer is, dus hoefde de aandacht daar ook niet naar toe te gaan. De totale rit heeft ongeveer vijf uur geduurd.



In Kibuye hebben we overnacht in het hotel met de naam Moriah Hill Resort. Opgezet door religieuze Amerikanen, maar gelukkig was dat geen belemmering om alcohol te schenken. Dus hebben we daar heerlijk genoten van een heerlijk koel glas witte wijn op ons balkon. Voor de bezorging moesten we 10 % extra betalen, maar dat was het wel waard.


4. De vierde etappe bracht ons in de richting van Gisenyi. Wederom een tocht langs het Kivumeer met de kleine beperking dat deze route veel meer landinwaarts is, met als resultaat dat het meer onderweg nooit te zien is. De omstandigheden waren verder identiek aan de derde etappe naar Kibuye. Onderweg hadden we wel een klein tegenvaller. Ergens onderweg was er een kapotte brug. Daar mochten we niet overheen, met als gevolg dat we een kleine omweg hebben moeten maken. Deze omweg heeft ongeveer een kleine twee uur in beslag genomen. De etappe die eigenlijk in drie uur afgelegd zou moeten worden, werd dus uiteindelijk vijf uur. De omweg ging over hele smalle wegen en we hadden al heel snel geen idee meer waar we waren. Dat we deze route tot een goed einde hebben gebracht, hebben wij volledig te danken aan een andere auto, die net als ons voor dezelfde kapotte brug stond. Zonder die auto was het ons vast niet gelukt, om de juiste weggetjes te vinden. Deze auto hebben wij dan ook absoluut niet uit het oog willen verliezen totdat we weer op de oorspronkelijke weg waren uitgekomen. Het was een gespannen ritje!



In de auto die ons geleid had door het Rwandese achterland zaten een dokter en twee verplegers, een mannelijke en een vrouwelijke. De dokter bleef ergens onderweg en zodoende heeft men ons gevraagd of de twee verplegers een lift konden krijgen tot Gisenyi. Achterin zat de verpleegster, voorin de mannelijke verpleger. Ergens onderweg haalde hij een grot jerrycan van vijf liter uit zijn bagage en wees mij een plek aan waar hij mij vroeg om te stoppen. Het is in een klein dorpje. De verpleger riep met heel harde stem op gebiedende wijze: “Amata! Amata!” Uit de huisjes kwamen twee vrouwtjes met volle jerrycans als slaafjes aangerend richting onze auto. Diegene die als eerste was had gewonnen. De volle jerrycan met melk werd omgewisseld met de lege, terwijl ondertussen een bankbiljet van eigenaar veranderde. De hele transactie duurde minder dan een minuut en werd gedaan zonder verdere conversatie. Typisch Rwanda!


In de buurt van Gisenyi hebben we weer verbleven in het favoriete hotel van Marte: Paradis Malahide. We waren nog van plan om een dagje naar Gisenyi te gaan, maar Marte had het zo naar haar zin in het hotel, dat we maar besloten te hebben er een rustig dagje van te maken.


5. De vijfde etappe ging naar Ruhengeri. Dit was een heel gemakkelijke etappe over een prachtige asfaltweg. In Ruhengeri hebben we overnacht in het hotel met de naam Muhabura. Eén van de oudste hotels van het land met een prachtig uitzicht op de vulkanen die staan in het Virangs National Park. We konden de Sabiynyo, Gahinga en Muhabura zien.



We hadden nog wat tijd over en vandaar dat we kleine omleiding hebben gemaakt in de richting van het noorden. Hoog in de bergen is daar een luxe hotel Virunga Lodge neergezet met uitzicht op de vulkanen een de ene kant op twee meren met de namen Burera en Ruhondo aan de andere kant. De hotelkamers schijnen $ 500 per persoon per nacht te zijn en dat zijn de duurste kamers in heel Rwanda. Wij hebben ons beperk tot een glaasje fris, ondertussen genietend van het uitzicht en van de mensen die het zich kunnen veroorloven om voor dat bedrag hier te verblijven.

6. De slotetappe heeft ons weer thuis gebracht. Eerst wilden we de kortste route naar Kigali nemen, maar dat bleek zo’n slechte weg te zijn, dat we besloten hebben om de langere route te nemen, waarvan wel bekend was dat gepaard zou gaan gloednieuw asfalt.

Op zondagmiddag om vijf uur kwamen wij weer heelhuids aan in ons huis. In totaal hebben we iets meer dan duizend kilometer afgelegd.

woensdag 28 september 2011

Rusumo Falls

Vanuit Kibungo is het nog ongeveer een uur rijden met de bus naar de grens met Tanzania. De grens wordt gevormd door de rivier Akagera en bij de grensovergang zijn er watervallen met de naam Rusumo Falls. Nu ik toch in de buurt ben een goede gelegenheid om die eens te gaan bekijken.

De eerste poging op zaterdag mislukte, omdat op de zaterdag na umuganda er niet zo veel bussen rijden. Met als gevolg dat ik er nog wel zou kunnen komen, maar dat ik dan ook gelijk weer terug zou moeten gaan om de laatste bus terug naar Kibungo te nemen. Dat feit in combinatie met de regenbuien van de zaterdagmiddag zorgde voor een rustige middag gevuld met lezen. Nadat de regen was opgehouden is de avond voortgezet in de plaatselijke uitspanning met de naam St. Joseph.


De volgende ochtend heeft Denis me nog een rondleiding gegeven door Kibungo met al zijn hoogtepunten, zoals de katholieke kerk, het voetbalveld, de plaatselijke universiteit, de hoofdstraat, de legerpost, het postkantoor, de gevangenis, de Chinese compound (achter prikkeldraad), de kroeg waarvan de eigenaar onlangs is vermoord door zijn broer en het genocide monument.


Het hoogtepunt van de rondleiding was het zicht op de kroeg met de mooie naam ‘Le Prestigieuze’, waar onlangs een incident heeft plaatsgevonden. De politie is deze kroeg binnengevallen om deze te vermanen dat de muziek te hard stond. Dat was niet naar de zin van een daar aanwezig lid van de presidentiële garde. Deze gebood de diskjockey om niet te voldoen aan dit verzoek en dwong de politie vervolgens op de grond te gaan liggen met de gezichten naar bededen. Deze situatie heeft zo’n dertig minuten bestaan, totdat het lid van de presidentiële garde met de auto is opgehaald. Theo, de leraar Kinyarwanda van Denis en Stella, was ooggetuige van het geheel en daarom weten wij hiervan.


Daarna was het dan tijd om naar Rusumo Falls te gaan. De watervallen kun je pas goed zien als je bovenop de brug van Rwanda naar Tanzania staat. Dit is eigenlijk een soort niemandsland. Op weg naar de brug kom je een paar politieagenten tegen. Ik knik ze vriendelijk toe en geef aan dat ik naar de brug wil om de watervallen te bekijken. Er wordt vriendelijk teruggelachen en is het geen enkel probleem om naar de brug te gaan.


Vanaf de rotsen stort het modderbruine water zich naar beneden. Het is mooi gezicht, het is misschien niet de meest spraakmakende waterval, maar toch zeker de moeite waard. Een aantal jongens zit uitgebreid foto’s te maken. Ze wilden graag een foto samen met mij maken. Ik heb zo veel foto’s van Rwandezen gemaakt, dat ik dat natuurlijk niet kon weigeren. Gewillig heb ik met alle leden van het gezelschap geposeerd voor het maken van verschillende foto’s.


Dit is een historische plek. Dit is de plek waar op 2 mei 1894 de eerste Europeaan zijn voet neerzette op Rwandese bodem. Nog niet eens zo heel lang geleden! Het was de Duitse graaf Gustav Adolf von Götzen die op deze wijze het land claimde dat Duitsland had gekregen tijdens de Berlijnse conventie van 1885. Dit is vergadering waarin de Europese landen Afrika hebben verdeeld onder henzelf.

Ongeveer honderd jaar later heeft op deze plek wederom een historische gebeurtenis plaatsgevonden. In april 1994 hebben zo’n 500.000 Rwandezen, voornamelijk Hutu’s, over deze brug hun toevlucht gezocht in Tanzania, op de vlucht voor het oprukkende leger van de RPF van Paul Kagame. Op één dag, 28 april 1994, heeft hier volgens goedingelichte bronnen de grootste vluchtelingenstroom ooit plaatsgevonden. Ondertussen dreven in de rivier tegelijkertijd de lijken van de slachtoffers van de genocide, afkomstig uit de bijna geheel Rwanda, via de watervallen in de richting van het Victoriameer. Op mijn netvlies kwam nu een filmisch beeld van haast epische proporties.


Nu is het wat minder druk. Slechts wat papyrus planten drijven langzaam in de rivier om zich via de watervallen naar beneden te laten storten op weg naar een verdere bestemming. Over de brug beweegt zich slechts een beperkt aantal voetgangers. Een heel verschil met de grensovergang met Congo bij Cyangugu.


Wel zijn er heel veel vrachtwagens. Het zijn zonder uitzondering vrachtwagens met een kenteken uit Tanzania. Waarom zijn er geen Rwandese vrachtwagens? Zouden de mensen uit Tanzania ondernemender zijn dan die uit Rwanda? Vanuit Rwanda staan drie vrachtwagens klaar om Tanzania binnen te gaan. Op een gegeven moment mogen deze drie in konvooi over de brug. Vanuit Tanzania staan veel meer vrachtwagens te wachten om verder te mogen gaan, ze staan aan beide kanten van de brug. Het zijn er wel vijftig. Eén voor één mogen ze van het douanepersoneel hun reis voortzetten in Rwanda. Ik vraag mij af wat de verklaring is voor deze grote discrepantie tussen de vrachtwagen die Rwanda binnengaan en er weer uit vertrekken. Zouden ze een ander route terugnemen?



Vanuit Rwanda is deze route naar Dar es Salaam in Tanzania de kortste route naar welke kust dan ook. Rwanda zal wel veel importeren en dat verklaart waarom er zoveel vrachtwagens met hun lading deze kant opkomen. Rwanda heeft niet zo veel te exporteren, dus misschien gaan ze via Uganda en Kenia wel weer terug naar hun punt van vertrek.


Na een halfuurtje op de brug is het tijd om weer terug te gaan naar Rwanda. Ik wordt verzocht om mij te melden bij de dienstdoende agent. Ze vraagt mij waar ik vandaan kom en als ik zeg dat ik uit Rwanda kom, dan levert dat een enorme verbaasde blik op. Als ik van de brug kom, dan moet ik toch wel uit Tanzania komen? Niet raad wetende met deze situatie vraagt ze me om mijn paspoort. Na een korte inspectie van het document kan ik gelukkig weer terug naar Rwanda.


Een bus staat lijkt klaar om te vertrekken. Dat blijkt niet helemaal zo te zijn, want het zal nog ongeveer anderhalf uur voordat dat gaat geschieden. Dat komt ook wel mooi uit, want dan kan nog even een lichte lunch nemen in een plaatselijke kroeg en verder nog even wat rondlopen en genieten van al het gedoe wat er altijd plaatsvindt in een grensstadje. Om half twee vertrekt de bus voor zijn rit van drie en half uur naar Kigali.

dinsdag 27 september 2011

Umuganda in de provincie

Af en toe moet je eens even weg uit Kigali, weg uit de hoofdstad met al zijn drukte, een frisse neus halen in de provincie. Vandaar dat ik afgelopen weekend op bezoek geweest ben bij Denis en Stella. Zij komen uit Cairns, Australië en werken namens VSO in het onderwijs. Zij wonen in Kibungo, in het zuidoosten van het land, met de bus is het zo’n twee uur rijden.

Afgelopen zaterdag was het ook weer de laatste zaterdag in de maand, dus was het umuganda. Een goede gelegenheid om eens umuganda in de provincie mee te maken. Denis had de vorige dag geïnformeerd waar het plaats zou vinden en had begrepen dat er bomen geplant gingen worden, maar de locatie was hem niet duidelijk geworden. Dat is het voordeel van umuganda in Kigali. Geografisch gezien vindt het plaats binnen zo’n klein gebied dat de plaats van handeling altijd binnen een paar minuten te vinden is. Hier in de provincie is dat anders. We kregen gezelschap van Theo, de leraar Kinyarwanda van Denis en Stella, en gingen om iets voor achten goedgemutst op weg, eigenlijk niet goed wetend waar naartoe.

Zodoende liepen we langs het hoofdkantoor van het district Ngoma. Daar stonden een aantal bekenden van Denis en al gauw werd duidelijk dat er een busje aan zou komen dat ons naar de plek van bestemming zou brengen. We hadden het niet beter kunnen timen, want binnen de kortste keren was het busje er en ook precies genoeg mensen voor in het busje. Dat is nu typisch Rwanda: niets gepland, en het komt meestal toch weer goed.


Ons ritje duurde ongeveer een half uur en ging al snel van de verharde weg af, over onverharde wegen tussen de velden met bananenbomen. Opeens stopte het busje en moesten we uitstappen. Een paar kinderen, gekleed in lompen, keek ons verbaasd aan. Achterin het busje lagen pikhouwelen en elke passagier kreeg er één in handen. Zo’n instrument had ik hier nog niet eerder in handen gehad.


Even verderop kwamen we op een lichtglooiend terrein met een prachtig uitzicht op de omliggende heuvels en valleien. Het was een onontgonnen gebied met veel laag stuikgewas, op dit moment totaal niet geschikt voor cultivatie. Een heleboel mensen waren er al hard aan het werk. Sommigen waren de struiken aan het weghakken. De meesten waren echter bezig om gaten in de grond te maken. Dat zou ook onze taak worden. De gaten moesten ongeveer op twee meter afstand van elkaar gemaakt worden en zo’n 40 centimeter diep worden. Het is wel een machtig gevoel om met een pikhouweel een lekker stuk staan weg te hakken in de grond. Er zaten wel rosten en keien in de grond, maar nooit zo groot dat we ze niet aankonden.




De al aanwezige mensen hadden duidelijk een andere achtergrond dan de bezoekers
afkomstig uit het busje. Het waren eenvoudige boerenmensen vanuit het omliggende umudugudu’s. De kleding was meestal nogal armoedig, maar soms wel kleurrijk, vooral de vrouwen. Veel vrouwen hadden een baby op de rug. Dat belette hen niet om flink aan de slag te gaan. Vergelijkend met Kigali waren er hier relatief meer vrouwen en werd er ook veel harder gewerkt. Hier werd tenminste echt gewerkt!



Als drie mzungo’s tussen de plattelandsbevolking hadden we extra veel bekijks. Denis kan inmiddels redelijk Kinyarwanda en had met een paar van zijn opmerkingen al snel de lachers op de hand. Theo zorgde verder voor de benodigde vertalingen. Het was best een vrolijke boel en we kregen de indruk dat ze het wel leuk vonden dat die drie gekke mzungo’s in de grond stonden te hakken. Misschien was het wel het opwindendste wat er deze maand te beleven is geweest in hun umudugudu.


Van een deelnemer begreep ik dat er volgende week een extra umuganda zou zijn om de bomen te planten. Het zou gaan om de Australische zilvereik (grevillea robusta). Over vijftien jaar zouden de bomen volgroeid zijn, dus we moeten nog even geduld hebben voor we het resultaat kunnen aanschouwen. Niet alle gaten leken me 40 centimeter diep te zijn, dus misschien moet er dan ook wat extra worden gegraven.


Ik kwam in gesprek met Amedeé, één van de weinige aanwezigen die Engels kon spreken. Hij was 24 jaar oud en geboren in Congo, in 1995 was hij teruggekeerd naar Rwanda. Hoewel oorspronkelijk afkomstig uit het westen van Rwanda, werd zijn familie gedwongen om zich te vestigen in het nog relatief lege oosten. Vandaar dat hij hier terechtgekomen was. Hij was nu nog aan het studeren in Butare, maar voor een stage was hij op dit moment werkzaam in de buurt van waar hij was geboren. Amedeé vertelde ook nog dat de overheid alle mensen die in de vallei woonden verplicht had om hoger op te gaan wonen in het dorp. Vandaar dat in het dorp alle huizen zo netjes op een rij staan met hun golfplaten dak.


Op een gegeven moment leek het werk ook een beetje ten einde. Meer mensen gingen even langer rusten of wat kletsen met een buurman of buurvrouw. Al het land dat vrijgemaakt was van het stuikgewas was voorzien van een flink aantal kloeke gaten. Het werd tijd om ons op te maken voor de toespraken na afloop van de werkzaamheden.


Wij verzamelden ons bovenop de heuvel en zaten met z’n allen op de grond. De eerste hoogwaardigheidsbekleder nam het woord en bedankt iedereen die aanwezig waren. Wij, als vertegenwoordigers van het district Ngoma, werden speciaal bedankt. Eén voor één moesten we naar voren komen en uitleggen wie wij waren, waaronder dus ondergetekende. Hier in Rwanda weten ze belangrijke mensen nog op hun waarde te schatten! Een autoriteit is nog gewoon een autoriteit.



Daarna namen nog een paar mensen van het district of de sector het woord met de gebruikelijke lijst van waarschuwingen. Als je ‘fertilizer’ had gekregen van de overheid dan moest je wel zelf gebruiken en niet verkopen om het bijvoorbeeld uit te geven aan drank of iets dergelijks, op straffe van een bezoekje aan de cel. Ook voor de nog aan te planten bomen was er al een potentiële vermaning. Een ieder werd verzocht om ervoor te zorgen dat de koeien de verse plantjes niet gingen opeten.

Het busje ging weer vertrekken en wij lieten de plaatselijke bevolking achter in hun umudugudu met de naam Munini.  Onder leiding van hun eigen chief zouden ze waarschijnlijk nog wel een poosje doorgaan. Bij het busje aangekomen was de kinderschare meer dan verdubbeld. De pikhouwelen gingen weer achterin de auto. Gedurende de gehele terugreis werden wij op de onverharde wegen uitgewuifd door alle kinderen die zich verzameld hadden langs de kant van de weg.



Dit was een uitstekende umudugudu, want je had de indruk dat je echt wel wat had gedaan. Maar er blijven ook vragen. Wie is er eigenaar van de te planten bomen, en wie gaat profiteren van de opbrengst? Is de grond wel genoeg voorbereid voor deze bomen? Zouden de stuiken niet eerst met wortel en al moeten worden verwijderd? Gaan de struiken de bomen niet overwoekeren? Hoe hou je de koeien weg van de bomen, wie gaat daarvoor zorgen? Maar misschien is hier allang over nagedacht en het is het voor iedereen duidelijk, en heeft men het alleen even vergeten om het aan mij te vertellen. In ieder geval hebben wij als mzungo’s de plaatselijke plattelandsbevolking een onvergetelijke ochtend bezorgd.

vrijdag 23 september 2011

Het proces tegen Ingabire volgens de krant – deel 2

In The New Times wordt het proces tegen Ingabire nog steeds op de voet gevolgd. Elke dag staat er wel een stukje in de krant.

Wat mij tegenvalt is dat er in de Nederlands media zo weinig aandacht is voor deze zaak, terwijl er toch duidelijk een Nederlandse connectie is. Alleen bij het begin van het proces op 5 september waren berichten in de Nederlandse kranten dat het proces was begonnen. En sindsdien is er een grote stilte.

Een groot contrast met de situatie in februari van dit jaar toen de Ben Knapen een bezoek bracht aan Rwanda. Toen stond er heel veel in de Nederlandse kranten over Victoire Ingabire. Met als inhoud dat de heer Knapen bij de Rwandese overheid er vooral op aan moest dringen dat Ingabire een eerlijk proces zou moeten krijgen. Waar zijn ze, nu het proces daadwerkelijk is begonnen?

Ingabire’s family gives up bid to block Dutch evidence
By Charles Kwizera


Prosecution yesterday told the High Court that an attempt  by Victoire Ingabire’s family to prevent the transfer of evidence found in her home in Holland, had failed.
Ingabire and her co-accused are currently on trial on charges of forming an armed group, terrorism, complicity to commit terrorism and genocide ideology, among other cases.
Prosecutor Bonaventure Ruberwa said that the Dutch Embassy wrote informing them that the appeal had been rescinded by Ingabire’s family and that preparations to transfer the documents were underway.
“Your honour, we expect to have the evidence from Holland before the end of September, according to the letter from the embassy,” said Ruberwa.
The documents became the centre of attention at the opening of the case in substance on September 5, when prosecution requested court to adjourn the hearing pending the transfer of the documents, which had been blocked by the Ingabire family in the European country.
Prosecution alleges that the evidence includes several documents found in Ingabire’s house with proof of her subversive activities, telephone records showing communication with militia commanders and testimonies of people in Holland who worked with Ingabire to destabilise the country.
The prosecutor also requested the court that in case they go through the available evidence before the documents are obtained, they would request court to adjourn the trial due to the importance of the awaited documents.
The request met resistance from Ingabire and her counsel who argued that the documents should not stop the trial at any time because the time of transfer was not precise.
“I don’t see why this case should stop at any point of time because, from the beginning, prosecution said that they have enough evidence,” she said.
Meanwhile, on the third day of the second week into the trial, prosecution presented evidence against Ingabire for the fourth charge of Genocide ideology.
The evidence included speeches that Ingabire made in various political meetings and a book titled “Umurage w’ amateka” which was validated by her party and adopted as its official document.
Prosecution read excerpts of the book which explained how the government of Rwanda has committed genocide against the Hutu and how it had marginalised them by denying them the right to cultivate their land and to own money.
They said that all the statements and the content of the book which Ingabire acknowledges, amounts to genocide ideology.
15-9-2011

Video evidence pins Ingabire on Genocide ideology
By Charles Kwizera


On the fourth day into the second week of the trial involving Victoire Ingabire and her co-accused, prosecution presented to court video and audio material incriminating the opposition politician on the charge of Genocide ideology.
Ingabire is on trial on six charges formation of an armed group, complicity to acts of terrorism, conspiracy against the government by use of war and terrorism, inciting the masses to revolt against the government, genocide ideology and provoking divisionism.
In his presentation to the panel of judges led by Alice Rulisa, prosecutor Alphonse Hitiyaremye played a video of Ingabire’s press briefing at the Kigali Genocide Memorial.
At the memorial, she said that only one side of genocide is depicted, clearly suggesting that there was double Genocide, prosecution averred.
She said that the reconciliation process has a long way to go unless those who killed Hutus during the Genocide are punished.
"If you look at this memorial centre, it only shows one side of the Genocide committed against the Tutsi. There is another side of the Genocide committed against the Hutu because they are also in pain and asking themselves when their grievances will be settled," she is quoted as saying in the video.
The utterances, according to prosecution, are tantamount to the Genocide ideology, a crime punishable under the Rwandan laws.
“It is known internationally that the 1994 Genocide was against the Tutsi. For a person like Ingabire to suggest there was another genocide against the Hutu is clearly a way of confusing people; and it is against Rwandan laws,” said Hitiyaremye.
The prosecuting attorney further said that in several broadcasts, Ingabire does not acknowledge the Genocide and calls it a conflict between two ethnicities, which was fuelled by a ‘meaningless war waged by the RPF.’
Another video recorded at the beginning of 2008 shows the defendant addressing FDU-Inkingi partisans in which she reportedly said that the Rwandan government was using the Genocide as a political tool to silence its opponents.
Prosecution also played an audio in which Ingabire refers to the 1994 Genocide against Tutsi, “the Rwandan genocide”. She further says that she came to Rwanda to free the people from fear caused by the RPF government. She made the statements during an interview at Voice of Africa Kigali FM, a week after her arrival in Rwanda in January last year.
Prosecution also alleges that another piece of evidence that incriminates Ingabire and her party regarding her views of the genocide ideology is that among the provisions for one to be registered as a member of FDU-Inkingi is to recognise that there was Genocide among both Tutsi and Hutu.
16-9-2011

Prosecution produces more evidence against Ingabire
By Charles Kwizera


KIGALI - At the end of second week into the trial of Victoire Ingabire and four others, prosecution presented to the high court evidence of the fifth and sixth charges against the leader of the yet-to-be registered opposition party, FDU-Inkingi.
The charges whose evidence was produced yesterday include; provoking divisionism and inciting the masses to revolt against the government by spreading harmful propaganda.
Proof of the two counts mainly dwelt on a book titled “Umurage W’ amateka” loosely translated as “heritage of our history”.  Prosecution alleges Ingabire acknowledges and accepts that the book was validated by her party.
The book in question was published in 2000 by members of the Rally for the Return of Refugees and Democracy in Rwanda (RDR), which was led by Ingabire and later gave birth to FDU-Inkingi. It reportedly contains divisionism and harmful propaganda.
Reading excerpts of the book, prosecutor Alphonse Hitiyaremye highlighted that it suggests that citizens rise up and fight the government which it refers to as a killer state.
“The government kills the Hutu, buries them in mass graves and turns to lie to the world that they are remains of the victims of the genocide against Tutsi,” the prosecutor quoted the book.
“Your honour, such statements show that the aim of the book that Ingabire et al validated, aims at dividing Rwandans along ethnic lines and inciting them against their government,” he said.
He further explained that the book also articulates that every Hutu in Rwanda is in bondage as they are all -labelled Interahamwe and are killed by returnee Tutsis in order to take their houses and land.
The book also explains that the properties left behind by the Hutu caused conflicts between the returnee Tutsis.
“Your honour, this is what they call the history of Rwanda. What is more shocking is that Ingabire approved the book when she was interrogated by the prosecution and never showed any remorse for its content,” said the prosecutor.
“It is clear that such statements that Ingabire and her party were spreading among Rwandans were intended to cause conflicts and divisionism.”
He said that the acts are tantamount to crimes punishable by the Rwandan laws.
The trial resumes on Monday and the defence is expected to take the flow from mid next week.
17-9-2011

Defence takes the floor in Ingabire trial
By Charles Kwizera


KIGALI - As the trial of Victoire Ingabire and her four co-accused entered into its third consecutive week, the floor was yesterday opened to the defendants.
Ingabire is accused together with former members of the Democratic Forces for the Liberation of Rwanda (FDLR) militia; Lt. Colonel Tharcisse Nditurende, Lt. Colonel Noel Habiyaremye, Capt. Jean Marie Vianney Karuta and Major Vital Uwumuremyi.
In their indictment, the prosecution separated the case into two.
The first component is where Ingabire is accused alongside the officers on charges of forming an armed group with the aim of destabilising the country, complicity in acts of terrorism and conspiracy against the government by use of war and terrorism.
The second concerns Ingabire alone in which she faces three additional charges of provoking divisionism, genocide ideology and inciting the masses to revolt against the government by spreading harmful propaganda.
The former militia members pleaded guilty from the commencement of the trial and have since begged for clemency.
At the beginning of the defence, the presiding judge, Alice Rulisa resolved that the defendants follow the order with which prosecution presented the charges.
Lt. Col. Tharcisse Nditurende was the first to enter his guilty plea for all the three charges against him and in less than fifteen minutes, he explained his role in the crimes.
“Your honour, like the prosecution presented my charge sheet, I agree with all that they said concerning my role in all the three crimes, and I ask for forgiveness because I am aware that what I did is against the law,” pleaded Nditurende.
The boldness of his plea, however, evoked protests from the prosecution bench.
“We do not accept the way the defendant has presented his plea. He should take his time and present in detail his part in the crimes for which he is seeking for forgiveness,” protested Alain Mukurarinda.
The court president reminded the defendant that the law stipulates that in case of a guilty plea, the defendant has to clearly explain his participation in the crimes.
“Your summary cannot be accepted in this court because you have to explain in detail your involvement in these crimes,” said Rulisa.
Nditurende was compelled to restate his involvement in the three crimes in detail. His presentation is expected to continue today.
20-9-2011
ERRATUM


In yesterday’s issue of The New Times, we published a story “Defence takes the floor in Ingabire trial” in which one of the defendants was identified as Lt. Colonel Noel Hitiyaremye instead of Lt. Colonel Noel Habiyaremye.
We regret any inconveniences caused.
21-9-2011

Prosecution accuses Ingabire’s defence team of delaying tactics
By Charles Kwizera


KIGALI - As the defendants in the trial of Victoire Ingabire and her four co-accused took the floor for the second day, court heard that the evidence expected from Holland was, once again, being delayed by the key defendant.
Before the defence hearing proceeded, yesterday, prosecution informed the presiding judge that the Dutch government notified them that Ingabire’s defence demanded they be shown the documents before their transfer.
The documents became the centre of contention at the opening of the substantive trial on September 5, when the prosecution requested the trial chamber to adjourn the trial, pending the transfer of the documents, which had been blocked by Ingabire’s family.
However, early last week, prosecution informed court that the family lawyers in Holland had given up on the appeal, saying that the documents would be sent before the end of this month.
According to prosecutor Alphonse Hitiyaremye, in a letter dated September 19, the Netherlands government expressed its worry that Ingabire’s defence was obstructing the transfer process.
“Your honour, though the Netherlands government is showing willingness in the justice process of this trial, Ingabire’s defence team is applying delaying tactics to the trial,” Hitiyaremye said.
“We seem to be dealing with two uncoordinated defence teams or the actions are tactics meant to delay the progress of this trial,” reiterated prosecuting attorney, Bonaventure Ruberwa.
Judge Alice Rulisa instructed the lead defense counsel, Ian Edwards, to sort out the issue with his team to ensure that the documents are transferred on time.
Prosecutor General, Martin Ngoga, explained why it was important to have the documents from Holland transferred to Court.
“It is not about the insufficiency of what we have in evidence so far, rather, the exhaustiveness of the process, one in which every available piece of evidence is put before the court and both parties given a chance to address them,” Ngoga said.
He emphasised that the standing decision by the court in Holland is that the documents must be handed over to Rwanda.
“The series of correspondences we have been exchanging with the Dutch political authorities are directed at reaching a political decision. We believe the political decision when taken will not be in contradiction with the judicial decision,” he said.
The Prosecutor General added that this belief is further re-enforced by the fact that prosecution accepted all the conditions concerning the use of the documents when they arrive.
The condition set by Holland, according to prosecution, is that the evidence in question be used strictly on the terrorism charge against Ingabire who is being tried on six charges, including promoting and harbouring of the genocide ideology.
According to Prosecution, the evidence in Holland includes files found in Ingabire’s house containing proof of her subversive activities, telephone records showing communication with the former FDLR militia commanders and testimonies of people in Holland who worked with Ingabire to destabilise the country.
Meanwhile, Lt. Col. Tharcisse Nditurende continued to present his defence before the high court yesterday. Other defendants are expected to take the floor today.
21-9-2011

Ingabire co-accused admits acts of terrorism
By Charles Kwizera


KIGALI - One of Victoire Ingabire’s co-accused, Lt. Colonel Noel Habiyaremye, took the defence floor and admitted all charges he is indicted for.
Habiyaremye is one of two former FDLR militia commanders arrested in Burundi in 2009 while canvassing for support to form a terrorist group.
The two commanders and two other officers are accused of forming an armed group, complicity to acts of terrorism and conspiracy against the government using war and terrorism.
Habiyaremye began his defense by acknowledging his involvement in planning and executing subversive activities against the government of Rwanda while he was still in the FDLR and after he quit the rebel outfit in 2007.
He went on to plead for clemency.
Unlike his counter parts who were allegedly dealing with Ingabire, Habiyaremye was planning to form another armed group on behalf of Paul Rusesabagina’s PDR-Ihumure party.
Court heard that Habiyaremye got into contact with Rusesabagina before leaving the DR Congo jungles to head for Zambia in 2007. Rusesabagina allegedly told him of his intentions to form an armed group to fight the Rwandan Government.
Habiyaremye told court that when they planned to travel to Burundi with Lt. Colonel Tharcisse Nditurende, Rusesabagina instructed him to seek advice from a Burundian General on how to form the armed group.
However, Habiyaremye said that he did not know that his counterpart had similar arrangements with another politician.
“I told him of my plans, but he never told me his,” said the defendant, who had travelled from Zambia to join his counter part at that time for the Burundi mission.
He testified that Rusesabagina sent him money through the Western Union money transfer to facilitate the mission and buy communication equipment like satellite phones to help in the recruitment of the members of his armed group.
Habiyaremye told court that Rusesabagina wanted to use the armed group to oust the Rwandan government in case they completely rejected talks with the opposition politicians.
“He told me that he was disappointed that the FDLR was just sitting idly in the Congo jungles instead of fighting,” he said.
The hearing continues today.
22-9-2011

Ingabire’s co-accused pleads guilty
By Charles Kwizera


KIGALI - The defence into the trial involving Victoire Ingabire and her four co-accused, continued yesterday for the 3rd week with Major Vital Uwumuremyi taking the floor in the High Court.
Uwumuremyi, who is also a former member of the Democratic Forces for the Liberation of Rwanda (FDLR) militia, pleaded guilty to the three counts brought against him.
The charges are; formation of an armed group, complicity to acts of terrorism and conspiracy against the government and some constitutional provisions by use of war and terrorism.
While reading Uwumuremyi’s charge sheet, prosecution told court that he was instrumental in establishing contact with Ingabire while in the jungles of the Democratic Republic of Congo (DRC). The contact was later to result into the formation of a terrorist group known as Coalition des Forces Democratique΄ (CDF) affiliated to Ingabire’s FDU-Inkingi.
Appearing before a panel of judges led by Alice Rulisa, Uwumuremyi admitted all the three charges and begged for leniency, stressing that he did it thinking that he was fulfilling his obligations as a soldier and never knew that he was working with a terrorist group.
“Your honour, before facing prosecution, it never crossed my mind how severe my actions in the FDLR and CDF were. But now that I know, I ask for clemency,” Uwumuremyi said.
He explained that he made the decision to contact Ingabire after realising that there was no future for the FDLR rebel outfit and was looking for dynamic politicians to stir their cause of fighting the Rwandan government.
Their plot to form the terrorist group was going on well with Ingabire sending money totaling to about US$7,000 before the ring leaders were arrested. The money was used to buy weapons and ammunition to arm the group.
Uwumuremyi was arrested and repatriated during the ‘Umoja Wetu’ operation, which was conducted by Rwanda Defence Forces and the Congolese army.
At that time,  he was serving as Commander of a battalion that had broken away to form the terrorist group. His colleague and commander, Tharcisse Nditurende, was apprehended in Burundi. This largely dismantled the group that had just established itself.
The defendant confessed that after his repatriation and demobilisation, he resumed his communication with both Ingabire and CDF. He was arrested as he attempted to sneak back into Congo after learning that his former commander was detained in Rwanda.
Uwumuremyi’s confession will mark the end of a series of confessions by the former militias being tried in the case, before giving way to Ingabire’s defence which is likely to begin today.
23-9-2011