vrijdag 18 februari 2011

Huiswaardigheden


Bij ons huis hoort een ‘guard’. Elk huis van een beetje omvang heeft een ‘guard’. Onze bewaker noemt zich Jean d’Amour, wat een prachtige naam. Hij woont op het terrein van het huis in een eigen klein hokje, waar hij een matras heeft en een stoel en dat is het wel zo’n beetje. Het is de bedoeling dat hij daar is van zes uur ‘s avonds tot zes uur ‘s ochtends. Al betwijfelen wij of hij er altijd om zes uur ‘s avonds al is. Zijn functie is om de boel te bewaken. Door VSO wordt een bewaker als essentieel gezien en zij zorgen er dus ook voor dat hij betaald wordt. Hij kan gebrekkig Engels een beetje beter Frans, dus we kunnen communiceren, maar het gaat soms moeizaam.



We zijn er nu ook achter hoe de elektriciteit werkt. En het is wel een mooi systeem, als je het eenmaal weet. In het huis hangt een elektriciteitsmeter, hierop staat het saldo vermeld van de elektriciteit die je nog tegoed hebt. Als het saldo laag wordt, dan ga je naar een winkeltje waar ze elektriciteit verkopen. Na een paar keer rondvragen hebben we de winkel gevonden. Je geeft het nummer dat vermeld staat op de elektriciteitsmeter door, en dan koop je je electriciteitskrediet. De jongen in de winkel voert de gegevens in in de computer met als resultaat een nummer van 20 cijfers. Dat is ons krediet. Dit nummer schrijft hij dan voor je op, die je dan vervolgens thuis weer moet invoeren in de elektriciteitsmeter. Een beetje omslachtig, maar het werkt wel. En het is best wel spannend om elke dag op de meter te kijken hoeveel we nu weer verbruikt hebben.

In ons huis is ook nog steeds stromend water. De ene keer wat meer dan de andere keer. En als het wat minder is, dan is het ook niet mogelijk om de (koude) douche te nemen, dus enige planning met betrekking tot het douchen is wel vereist. Het water vraagt ook om enig ritueel. Het is niet verstandig om het water rechtstreeks uit de kraan te drinken, want dan kunnen we wel eens ziek worden. Dus moet het water gekookt en gefilterd worden. ‘s Avonds zetten we een grote pan met kraanwater op de elektrische kookplaat, laten het een paar minuten koken en laten het vervolgens afkoelen gedurende de nacht. De volgende dag gieten we het in de filterinstallatie en dan druppelt het in de loop van de ochtend door in het bassin van drinkbaar water. Zodoende hebben wij weer drinkwater voor de gehele dag. En wat betalen betreft, het schijnt dat we vanzelf een rekening in de bus krijgen, dus we wachten maar rustig af.

Het laatste wat we geregeld hebben is ons huisvuil. Na een week begon het zich het al aardig op te stapelen. En we wisten niet zo goed wat we ermee moesten doen. Jean d’Amour was van mening dat we het maar op een stapel in een hoekje van het terrein moesten gooien. Dan hebben in eerste instantie ook maar gedaan, maar dat leek ons niet een permanente oplossing. In de straat zagen we soms mensen met witte geplastificeerde jutezakken waar ze afval indoen. Die moesten we zien te krijgen, maar hoe? Bosco, de klusjesman bij VSO heeft ons uiteindelijk geholpen door de witte jute zakken af te leveren. Hij zei ook dat wij maandelijks een nota van 3.000 Rwandese francs zullen krijgen voor het ophalen van het huisvuil. Afgelopen donderdag hebben wij onze eerste zak gevuld, die vervolgens ook is opgehaald.

Wij krijgen nu echt het idee dat we aan het inburgeren zijn.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten